top of page
Maritza Bernardt en André Wedts de Swart

Goed beslagen!

mr. M. Bernardt en A.M Wedts de Swart[1]




Inleiding


Op 14 december 2021 heeft de Hoge Raad[2] een zaak terugverwezen naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Omdat het hof volgens de Hoge Raad geen nadere vaststellingen [heeft] gedaan met betrekking tot de wijze en het moment waarop de beslaglegging heeft plaatsgevonden, is ’s hofs kennelijke oordeel dat die omstandigheden al meebrengen dat sprake was van een ‘krachtens de wet gelegd beslag’ op die auto (…) ontoereikend gemotiveerd.


Dit artikel gaat over het onttrekken van goederen aan een ‘krachtens de wet’ daarop gelegd beslag. Eerst zullen wij de casus schetsen. Vervolgens gaan wij in op wat naar onze mening moet worden verstaan onder “het krachtens de wet gelegd beslag”. Verder wordt de blokkerende werking van het beslag behandeld en wij beëindigen dit artikel tenslotte met onze conclusie(s).


1. De casus


Wij schetsen eerst de casus waarin er aangifte is gedaan wegens onttrekking aan beslag.


De deurwaarder arriveert bij een woning (in een appartementencomplex) om beslag op de roerende zaken te leggen. Hij belt bij de woning aan en deelt aan de bewoner mee beslag te komen leggen op de auto alsmede op de inboedel. Hij krijgt toestemming de woning binnen te treden. In de woning ontstaat een vijandige sfeer door een derde persoon die aanwezig is in de woning. De deurwaarder verlaat de woning en gaat vervolgens naar de parkeergarage om de auto in beslag te nemen. Hij ziet daar de auto staan met het juiste kenteken en maakt daarvan een foto. Intussen belt hij, op grond van artikel 444 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), de hulpofficier van justitie om samen met hem de woning nogmaals binnen te gaan om het beslag op de inboedel te vervolgen. Nadat de deurwaarder klaar is met de beschrijving van de roerende zaken in de woning, gaat de deurwaarder wederom naar de

parkeergarage om de auto in bewaring te geven, maar de auto blijkt er niet meer te staan. De deurwaarder doet, op grond van artikel 198 van het Wetboek van Strafrecht (Sr) vervolgens aangifte wegens onttrekking aan het beslag omdat hij ook de auto in bewaring wilde geven.

[1] Met dank aan J.D. van Vlastuin, advocaat bij BVD Advocaten voor zijn commentaar op een eerdere versie van dit artikel


Lees het volledige artikel door op de link naar de pdf hierna te klikken





260 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments

Rated 0 out of 5 stars.
No ratings yet

Add a rating
bottom of page